![]() |
Tijdens mijn vakantie snuffel ik graag rond in de bibliotheek die op bijna elke camping wel te vinden is. En deze keer kwam ik er een boek tegen met allerlei uitspraken van kinderen. Deze zijn zo mooi dat ik ze graag met jullie wil delen. Het is een afwisselend geheel vol met humor en kleine verdrietjes, kinderlijk onbegrip en schaamteloze waarheden. |
. Elke avond leest mama een stukje voor uit de kinderbijbel. Na elk gedeelte zijn wat vragen opgesteld om na te gaan of de kinderen het verhaal goed hebben begrepen. Die avond is het verhaal verteld van Jezus, die op het water loopt en gevolgd wordt door Petrus die door gebrek aan vertrouwen toch in het water zinkt. De vraag aan het eind van het verhaal luidt: “Wat zei Jezus tegen Petrus toen die in het water zonk?” En Wim die op zwemles zit roept“. “Intrekken, spreid en sluit”. |
. Steven munt uit in spelletjes waarin hij veel en hard moet rennen. Tevreden constateert hij: “Ik was ook al het snelste zaadje”. |
. Mathijs heeft steeds meer vragen over hoe kindjes gemaakt worden en mama begrijpt dat het tijd wordt hem het hele verhaal te doen. Ze legt zo eenvoudig mogelijk uit wat er precies gebeurt. Mathijs luistert gespannen, maar wil daarna wel even weten: “Als ik mijn piemel daarin stop, krijg ik hem daarna dan wel weer terug?” |
. Tobias wil graag weten hoe hij nu precies in mama’s buik heeft gezeten. Achter je trui of achter je velletje mam? Mama verteld dat hij echt in haar buik, dus achter haar velletje heeft gezeten. Tobias griezelt bij het idee en het lijkt hem maar niks met al dat bloed en zo. Mama legt uit dat Tobias in een soort zakje zat en dus helemaal beschermd was. “Gelukkig ” zegt hij “toen had ik mijn slaapzak dus ook al aan”. |
. “Waar komen Tommie en ik vandaan?” vraagt Marieke aan haar moeder. “Wij hebben jou en Tommie gemaakt.” “Ja, maar ik was er het eerst he?” “Ja, eerst hebben we jou gemaakt en een paar jaar later Tommie”. “Heb ik toen meegeholpen om Tommie te maken?” |
![]() |